Reactie NVOG motivatie rechter kort geding Bravis ziekenhuis en zwangere patiënt met haar verloskundige

6 april 2018

In de zaak die de Clara Wichman stichting, de cliënt en haar verloskundige tegen het Bravis ziekenhuis heeft gevoerd, is het ziekenhuis in het gelijk gesteld. De rechtszaak ging over de eis dat patiënte, die eerder een keizersnede heeft gehad, met haar verloskundige poliklinisch in het Moeder & Kindcentrum van Bravis mag bevallen. (uitspraken.rechtspraak.nl_Bravis).
De NVOG kan zich goed vinden in de uitspraak. Wel hebben wij behoefte aan nuancering:

Allereerst is het uitzonderlijk dat het tot een rechtszaak is gekomen. Dit vinden we ook heel jammer. Er komen regelmatig vragen van patiënten die buiten de richtlijnen en protocollen vallen. Daarom is er al in 2015 door de NVOG en de KNOV een leidraad (Leidraad-Verloskundige-zorg-buiten-richtlijnen) opgesteld.

Als hulpverleners streven wij er altijd naar om er met de zwangere vrouw samen uit te komen. In een Verloskundig Samenwerkingsverband (VSV) waarin alle zorgverleners (verloskundigen, gynaecologen, kinderartsen en kraamzorg) als één team integraal werken, is het voeren van een dergelijk gesprek nog makkelijker, vooral omdat de vraag dan tijdig bekend is in het gehele team.
Soms wordt er, ondanks verschillende pogingen en meerdere gesprekken, toch geen overeenstemming bereikt over de te leveren zorg. Dan zal er met de zwangere naar andere oplossingen gezocht moeten zoeken. Immers, de geboorte van een kind zonder enige vorm van professionele hulp, is het laatste wat een zorgverlener wenselijk acht.

De NVOG staat voor persoonlijke keuzevrijheid. Waarom kan de NVOG zich dan goed vinden in de uitspraak? De rechter geeft aan dat keuzevrijheid niet grenzeloos is en dat niet alles van hulpverleners kan worden gevraagd.
In dit geval hebben de verloskundigen en gynaecologen van het samenwerkingsverband Qocon beoordeeld dat het verzoek dusdanig niet voldeed aan minimale goede zorg voor moeder en kind dat er geen medewerking verleend kon worden. Er was sprake van een zwangere die bij de vorige bevalling een keizersnede had gehad. Het verzoek was of de verloskundige uit een andere regio zonder bemoeienis van de gynaecoloog de bevalling zou doen, waarbij de gynaecoloog pas betrokken zou worden als de verloskundige het zou vragen. Gezien de noodzakelijke samenwerking binnen het hele team van zorgverleners is dit een reëel probleem. Immers suboptimale informatie en communicatie spelen een belangrijke rol bij slechte uitkomsten voor moeder en kind.

Wat zijn de risico’s?
Het grootste risico als een vrouw een keizersnede heeft gehad, is het scheuren van het litteken in de baarmoeder. Dit gebeurt niet vaak (0,5 tot 1 procent), maar de gevolgen kunnen zeer ernstig zijn en als het gebeurt, is direct handelen van levensbelang. Bij het scheuren van het litteken in de baarmoeder kan het kind in de buikholte komen en heeft dan te weinig zuurstof. Het kind moet zo snel mogelijk geboren worden, elke minuut tijdverlies kan overlijden van het kind tot gevolg hebben.
Voor de moeder is een scheuring van de baarmoeder een zeer groot risico, er kunnen ernstige bloedingen optreden die kunnen leiden tot blijvende gezondheidsschade. Wij weten dat deze gebeurtenis in een groot aantal gevallen leidt tot een posttraumatische stressstoornis. De gezondheid van moeder én kind zijn dus ernstig in het geding.

Zwangerschap en geboorte zijn indrukwekkende en emotionele gebeurtenissen. Het is dan ook niet vreemd dat het kan leiden tot heftige discussies over hoe deze zo goed mogelijk begeleid kunnen worden.
De NVOG is voorstander van veilige zorg voor moeder en kind met respect voor keuzevrijheid in een integrale setting waar alle betrokken zorgverleners (verloskundigen, gynaecologen, kinderartsen en kraamzorg) nauw samenwerken in één team.
Goede zorg wordt gekenmerkt door keuzevrijheid van de zwangere. Wij willen ons maximaal inspannen om de zwangere zoveel mogelijk vrijheid en ruimte te geven. Maar de keuzevrijheid is niet onbeperkt. Van de hulpverlener kan niet alles worden gevraagd. Ook hebben hulpverleners niet allemaal dezelfde grenzen, hetgeen betekent dat er verschillen kunnen zijn in het accepteren van wensen van zwangeren. Dit vraagt om een continue dialoog binnen de beroepsgroep, met andere zorgverleners en bovenal met de zwangere vrouw.

Specifiek zoeken?